Hij ging al een heel leven mee. Herbergt een geschiedenis van duizenden jaren en heeft daar meerdere keren over verteld – althans, zo veel als jij het hem vroeg. Want hij deed alleen een boekje open als je dat letterlijk nam. Ik heb ermee geleefd, de eerste slijtage kwam na zo’n twintig jaar. De rug liet los, de uiteinden kregen ezelsoren en raakten beduimeld. Totdat hij een echt ongeluk kreeg: brandwonden doordat hij met een gloeiend hete houtkachel in aanraking kwam. Zijn buitenste huid versmolt en vervormde helemaal. Hij is er nooit meer van hersteld. Het proces van ontbinding was onomkeerbaar ingezet. En ik moest noodgedwongen een nieuwe aanschaffen.
Wat doe je met iemand die – of in dit geval een boek dat – je dierbaar is: je geeft hem een waardige begrafenis. En zo geschiedde.
Toen mijn Bijbel in 2018 uit elkaar viel en ongeneeslijk stuk was, heb ik ‘m begraven. Op een plekje in het bos. Voor mij is de Bijbel een belangrijke inspiratiebron – God laat er iets van Zijn hart en bedoeling voor deze wereld zien. Een wereld die bedoeld is dat mensen er met goedheid en recht leven. Zoiets doe je niet bij het oud papier. Zoiets geef je een waardige begrafenis.